Corona verandert álles, ook de soort delicten die nu worden gepleegd. Over huisinbraken horen we (logischerwijs) bijzonder weinig, over huiselijk geweld des te meer. Een paar weken geleden is een lerares slachtoffer geworden van huiselijk geweld terwijl zij via een videoverbinding les gaf aan een klas. Aan (getuigen)bewijs in deze zaak waarschijnlijk geen gebrek, maar wat voor straf zou deze man kunnen krijgen?
Onder de noemer huiselijk geweld (niet te verwarren met huishoudelijk geweld, een oude #taaluitdezaal), vallen meerdere delicten. Waarschijnlijk denk je in eerste instantie aan (zware) mishandeling, maar vergeet seksueel geweld of “simpelweg” bedreiging ook niet. Gaat het om een “eenvoudige” mishandeling, d.w.z. mishandeling met alleen pijn (geen letsel) of gering letsel tot gevolg, dan volgt een boete of (ca. 120 uur) taakstraf. Gaat het om een “zware” mishandeling, dan wordt al snel een gevangenisstraf opgelegd. Denk aan grofweg 3 maanden voor zwaar lichamelijk letsel zonder wapen, 6 maanden voor een kopstoot en/of trappen tegen het hoofd, en 1 jaar voor zwaar lichamelijk letsel met behulp van een wapen (niet zijnde een vuurwapen).
Een aparte categorie is huiselijk geweld jegens kinderen. Sinds de gedeeltelijke lockdown is het aantal telefoontjes naar de Kindertelefoon met ca. 40% gestegen… In principe geldt voor (zware) mishandeling gericht tegen kinderen dezelfde richtlijn, maar wel is het zo dat de leeftijd en kwetsbaarheid van het slachtoffer mee kunnen spelen. Een gevangenisstraf ligt dan eerder in de rede dan een taakstraf. Ook wordt in dit soort zaken vaak Jeugdbescherming ingeschakeld.
De straf is echter altijd afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en diens strafblad. In dit soort zaken komt een taakstraf i.c.m. een voorwaardelijke gevangenisstraf en een proeftijd ook regelmatig voor. Gaat de veroordeelde tijdens de proeftijd dan nóg een keer de mist in, dan blijft er niets anders over dan afkoelen tussen 4 muren.
Tegen de partner van de lerares is aangifte gedaan.